Een artikel over geheugenkaarten is misschien weinig inspirerend, maar wel erg belangrijk. Aan een camera zonder geheugenkaart heb je tenslotte niets en een camera met een 'verkeerde' geheugenkaart kan je fotoshoot in het water doen vallen. Het is dus belangrijk om te weten waar je naar op zoek bent als je een geheugenkaartje voor je camera gaat kopen. Wij vertellen je in dit artikel waar je op moet letten als je een geheugenkaart gaat kopen.
Welk type geheugenkaartje moet ik kopen?
Er zijn verschillende typen geheugenkaarten op de markt: CF (Compact Flash) kaarten, SD (Secure Digital) kaarten en micro-SD kaarten. Ze verschillen onderling in grootte, waarbij CF kaarten het grootst en micro-SD kaarten het kleinst zijn. Zoek in de gebruikshandleiding of op internet op welke grootte geheugenkaart in jouw camera past.
SD kaarten worden onderverdeeld in drie typen: SD (SD kaarten met max. 4 GB geheugen), SDHC (maximaal 32 GB geheugen) en SDXC (maximaal 2048 GB geheugen). Je kunt al deze typen kaarten gebruiken in camera’s die geschikt zijn voor een SD kaart.
Hoeveel opslagruimte moet mijn geheugenkaart hebben?
Geheugenkaarten verschillen in opslagcapaciteit. Op de kaartjes staat een aantal gigabyte (GB) uitgedrukt, wat aangeeft hoeveel opslagruimte die kaart heeft. Hoeveel foto’s je per GB op kunt slaan hangt af van het formaat waarin je fotografeert. RAW foto’s nemen meer ruimte in dan grote JPEG foto’s, die weer meer ruimte innemen dan JPEG foto’s met een lagere resolutie.
Stel, je maakt 10 megapixel JPEG foto’s van 3MB per stuk. Je kunt dan zo’n 9000 foto’s kwijt op een kaartje van 32 GB. Fotografeer je in 10 megapixel RAW (van 30MB) dan kun je slechts 915 foto’s op dat kaartje opslaan.
Welke schrijfsnelheid heb ik nodig?
Je ziet op geheugenkaarten ook een getal met daarachter MB/s (megabyte per seconde) staan. Dit getal drukt de schrijfsnelheid van de kaart uit, wat iets zegt over hoe snel de camera de foto’s op kan slaan op de kaart. Een hoge schrijfsnelheid is bijvoorbeeld handig als je veel beweging fotografeert en de ontspanknop enkele seconden ingedrukt houdt om meerdere foto’s achter elkaar te maken. Kijk hierbij ook naar de maximale schrijfsnelheid van je camera. Stel dat je een camera hebt met een schrijfsnelheid van maximaal 50 MB per seconde en een kaartje van 90 MB/s, dan worden de foto’s opgeslagen met 50 MB/s omdat je camera simpelweg niet sneller kan.
Vaak wordt in de naam van de kaartjes al de schrijfsnelheid vermeld. ‘Class 6’ betekent bijvoorbeeld een schrijfsnelheid van 6 MB/s en ‘class 10’ 10 MB/s. Voor hogere snelheden wordt de snelheid in de naam uitgedrukt als Ultra High Speed. Een UHS3 kaartje heeft een schrijfsnelheid van 30 MB/s.
Heb je een camera waar twee geheugenkaarten tegelijk in kunnen en sla je foto’s op beide geheugenkaarten tegelijk op? Zorg dan dat beide kaarten dezelfde schrijfsnelheid hebben.
Welke leessnelheid moet mijn geheugenkaart hebben?
De leessnelheid van je geheugenkaart bepaalt hoe snel je foto’s terug kunt kijken of op je computer kunt laden. Hoe sneller de leessnelheid van je kaartje, hoe minder lang je hoeft te wachten tot je je foto’s kunt bekijken. Hoe belangrijk deze snelheid is, verschilt per fotograaf.
--> Meer leren over fotograferen en de apparatuur die je daarbij nodig hebt? Meld je aan voor onze fotocommunity 'The Backpacker' en leer van de experts. Misschien vind je onze fotografie masterclasses ook interessant.